‘De bedrijfsarts is onderdeel van de oplossing.’

Naam: Gijsbert van Lomwel
Beroep: directeur NVAB (Nederlandse Vereniging voor Arbeids- en Bedrijfsgeneeskunde)
Opleiding: Econometrie 
Waar ligt je hart: ‘Ik ijver voor gezond werk. Je werkt veel en lang. Dus is het fijn als dat op een manier kan dat je er blij en in ieder geval níet ziek van wordt.’

In het project ‘Dialooggestuurde re-integratie’ (2011-2014) hebben patiëntenorganisaties instrumenten ontwikkeld voor zieke werknemers. Met als doel om hen toe te rusten het gesprek aan te gaan met de bedrijfsarts én actief te participeren in het re-integratietraject. Op basis daarvan is de E-learningmodule Mijn Re-integratieplan (MRP) ontwikkeld.
De pilot liet zien dat ruim driekwart van de werknemers positief waren over het project en van de 7 betrokken bedrijfsartsen waren 6 positief. Zij spraken positief over de pro-activiteit en instelling van de deelnemers.

De hierboven genoemde instrumenten zijn destijds mede ontwikkeld door de NVAB! We spreken met Gijsbert van Lomwel, die inmiddels 4 jaar bij de NVAB werkzaam is als directeur. En dus niet wist dat de NVAB aan de wieg heeft gestaan bij de ontwikkeling van MRP.  

 

Nu -10 jaar later- lijkt er niets mee gedaan te worden. Hoe zou dat komen?

‘Er komen een paar dingen bij me op. Er is een mooi en integraal opleidingsplan voor bedrijfsartsen: je volgt één dag cursorisch onderwijs en vier dagen leer je in de praktijk. Maar wát in de praktijk geleerd en geoefend wordt, is afhankelijk van het dienstverleningspakket dat jouw praktijkopleider biedt. En van de ruimte die je krijgt.
Wij willen graag dat er meer uniformiteit komt in de manier waarop bedrijfsartsen en arbeidsdeskundigen belastbaarheid van een werknemer beschrijven.  Daarvoor is het instrument BAR (Beschrijving Arbeidsbelastbaarheid en Re-integratie) ontwikkeld. Wetenschappelijk onderbouwd, zodat de werknemer en de werkgever uiteindelijk beter af zijn. Maar dan zie je toch een logische weerstand bij professionals die zeggen: ‘ik beschrijf dat al jaren via een Inzetbaarheid Profiel (IZP) of een Functionele Mogelijkheden Lijst (FML) of via mijn eigen methode en daar hoor ik nooit klachten over. Waarom zou ik overstappen op de BAR? Het kost meer tijd en moeite.

Hoeveel eisen stel je aan en hoeveel ruimte gun je professionals? Het kost tijd om echt verandering tot stand te brengen. Daar is een systeemaanpak voor nodig. Want er zijn meer dan 100 arbodiensten en je moet een heel veld beïnvloeden. Met veel losse spelers die allemaal invloed hebben op hoe het gebeurt.’

Waar staat de NVAB voor?

‘We zijn de wetenschappelijke beroepsvereniging van en voor bedrijfsartsen, met inmiddels 2000 leden. Wij zetten ons in om te zorgen dat uiteindelijk niemand ziek wordt door werk en dat niemand die kan en wil werken, door ziekte aan de kant komt te staan. Dat doen we door de kwaliteit van de zorg voor werkenden te borgen. Daarvoor maken we bijvoorbeeld het landelijk opleidingsplan voor artsen die bedrijfsarts willen worden, maken we richtlijnen en stellen we eisen voor herregistratie op, zoals de deelname aan intercollegiale toetsing en visitatie. Deze producten stellen we op met de leden; we zijn een vereniging van bedrijfsartsen, in opleiding, actief of gepensioneerd, met elkaar bepalen we wat we onder goede bedrijfsgezondheidszorg verstaan.’

Wat zou voor ons de insteek moeten zijn om bedrijfsartsen te bereiken met het MRP? Zie je mogelijkheden?

‘Begin klein. Ga uit van één arbodienst en breng die organisatie in beeld. Hoe is het spreekuur ingericht? Hoe makkelijk is het om te verwijzen? Zijn er methoden die de arbodienst liever gebruikt? Hoeveel tijd heb je? Welke belemmeringen kom je tegen? Waar zou je vaardiger in willen worden? Of over leefstijlinterventies: heb je tijd, ruimte, mogelijkheden om die vragen te stellen?  Dus breng net als ‘Mijn Patiëntreis’ ook de ‘Bedrijfsartsenreis’ of de ‘Dienstverlenersreis’ in kaart.  Ik wil wel helpen zoeken naar een arbodienst die daar voor open staat.
Het is belangrijk dat iets haalbaar is. Bijvoorbeeld in de wet staat dat iedere werknemer voor advies bij de bedrijfsarts terecht moet kunnen. In de praktijk gebeurt dat echter niet, bijvoorbeeld omdat de bedrijfsarts nooit op de werkvloer is; het telefoonnummer van de bedrijfsarts niet bekend is en  werknemers niet op de hoogte zijn van deze mogelijkheid. Dan kun je bedrijfsartsen wel trainen in het goed voeren van een arbeidsomstandighedenspreekuur, maar dat gaat niet meer adviezen opleveren. Omdat de context niet klopt. Dus ook daar moet oog voor zijn.’

Patiënten zijn nogal eens boos op of teleurgesteld over bedrijfsartsen. Dat lijkt me lastig om mee om te gaan…?

‘Ja, dat is lastig, maar ik vind het ook deel van het ambacht van de bedrijfsarts en de taak van een arbodienst om de dienstverlening goed neer te zetten. We zouden zelf meer dienstverlenend kunnen zijn. Want hoeveel werk is het nu om met een net iets andere toonzetting een klantgesprek te voeren? Of om te kijken wat we ervan kunnen maken? Arbodienstverlening echt als hulpmiddel in plaats van iets dat ook nog even moet. Want werkgevers hebben wel affiniteit met de werknemers en ze hebben er zeker last van als een werknemer ziek is of een team niet lekker draait. 

En de bedrijfsarts is niet van het keuren, naar het werk schoppen of pamperen. Een bedrijfsarts is deskundig adviseur die probeert de ander weer naar vermogen mee te laten doen. Je bent geen keurende arbo arts, je bent een geregistreerde geneeskundig specialist met 6 jaar studie (basisarts) en 4 jaar specialisatie tot bedrijfsarts.

Ik heb sterk de overtuiging dat de bedrijfsarts onderdeel is van de oplossing. Wat maakt nu dat onze zorg de ene keer veel beter uit de verf komt dan de andere keer? Waar zit hem dat in en wat kunnen wij daar zelf aan doen? Er is bijvoorbeeld een arbodienst die zegt: ‘wij zorgen dat onze bedrijfsartsen elke dag een uur vrij gepland zijn om bereikbaar te zijn. Die dan gewoon gebeld kunnen worden. Dat helpt enorm! Kan je als bedrijfsarts die ruimte niet sowieso voor jezelf creëren?

Klachten over bedrijfsartsen gaan vaak over communicatie en onduidelijkheid. Zo onnodig! Probeer je een beetje in te leven en te laten zien dat je de ander gehoord hebt en kom met een advies waar iemand (ook de werkgever) wat aan heeft.’

Dit interview leert ons dat de NVAB op zoek is naar uniformiteit en systematisch werken voor een hoge kwaliteit van zorg voor werkenden. Dat geeft ons kansen om daar een bijdrage aan te leveren. En ook wij willen graag iets verbeteren aan miscommunicatie en onduidelijkheid. Om voor zowel de werknemer als de bedrijfsarts tot een betere samenwerking te komen.