Naam: Henk Guise
Opleiding: Recht en Bedrijfskunde
Beroep: Algemeen Directeur Orionis Walcheren, bestuurslid Divosa, lid van de Programmaraad Regionale Arbeidsmarkt, Lid Raad van Advies Nederlandse Vereniging van Arbeidsdeskundigen (NVvA), lid van Cedris en VNO-NCW
Ambitie/hoop: Ik wil als een soort missionaris (vanuit gemeentes) meer inzetten op preventie en voorin het re-integratietraject zitten.
Henk werkt al zo’n 30 jaar in het sociaal domein. Hij was ooit regiodirecteur Arbeidsongeschiktheid (AG) bij het UWV, in de regio Zuid West Nederland. Daarna is hij voor een internationaal re-integratiebedrijf gaan werken in verschillende landen op het gebied van arbeidsmarkt vraagstukken. Vervolgens heeft hij een eigen bedrijf gestart op het gebied van innovatie in de re-integratiemarkt en is daarna bij Orionis Walcheren gaan werken. Orionis ondersteunt inwoners van Walcheren die geen werk of te weinig inkomen hebben, bij hun ontwikkeling en begeleiding naar werk.
Henk is bestuurslid bij Divosa en lid van de Programmaraad Regionale Arbeidsmarkt. De Programmaraad, waarin Divosa, VNG, UWV en Cedris samenwerken, ondersteunt de 35 arbeidsmarktregio’s bij de verdere ontwikkeling van de onderlinge samenwerking. Hoe kom je tot een regionaal Werkcentrum en 1 loket waar de klant geholpen kan worden.
Waar komt je connectie met werk en re-integratie van mensen met een chronische aandoening vandaan?
‘In mijn directe nabijheid heb ik zelf ervaring met mensen met een chronische aandoening. En als het gaat om beeldvorming hoor je vaak: ‘hoezo, je ziet er toch goed uit?’ en ik ervaar regelmatig onbegrip. Mensen die daar niet mee te maken hebben, snappen dat niet. Als je niet gehoord wordt in je omgeving en door je werkgever, dan doet dat wat met je. Dan breek je op den duur. En verder ben ik natuurlijk door mijn werk goed op de hoogte wat voor problematiek dat allemaal met zich meebrengt.’
Waar ben je vooral mee bezig?
‘Als algemeen directeur van Orionis Walcheren zijn we op het gebied van re-integratie met name bezig met het begeleiden naar werk van mensen die in de Bijstand zitten. Deze doelgroep is door allerlei oorzaken steeds moeilijker te plaatsen. Bij jongeren bijvoorbeeld is er meer en meer sprake van meervoudige problematiek waardoor er meer begeleiding en ontwikkeling nodig is, voordat zij de stap naar werk kunnen maken.
Als bestuurslid bij Divosa zijn wij op beleidsniveau met het ministerie in gesprek om met gemeentes zo efficiënt mogelijk de mogelijkheden die we hebben, te benutten. En ik ben betrokken als lid van de raad van advies van de NVvA (Nederlandse Vereniging van Arbeidsdeskundigen). Ook denk ik mee met verschillende gremia om de huidige arbeidsongeschiktheidsregelingen beter en efficiënter te maken.’
Hoe is dat in je eigen bedrijf?
‘We investeren in ons personeel door aandacht te geven, te scholen in kennis over verschillende ziektebeelden en hoe daarmee om te gaan. Zo hebben al onze klantmanagers Werk een aanvullende opleiding “Supported Employment” op hbo-niveau gedaan, waardoor er beter begeleid kan worden. De mensen die bij ons terecht komen, hebben veel meer ondersteuning nodig dan vroeger. We geven hen trainingen op het gebied van leerdoelen stellen en het ontwikkelen en versterken van cognitieve vaardigheden. Waar je voorheen voor een deel van de populatie 25 uur dienstverlening nodig had om de begeleiding naar werk mogelijk te maken, is dat nu 70 uur. De consequentie is dat we scherpe keuzes hebben gemaakt waarbij de caselaod is teruggebracht naar 35 per klantmanager Werk.
Mede door de betere begeleiding en dat we scherpe keuzen hebben gemaakt, plaatsen we nu zo’n 45% van de deelnemers naar werk. En met degenen die niet geplaatst zijn is ook het nodige gebeurt: zij doen bijvoorbeeld vrijwilligerswerk, voelen zich gezonder en horen er weer bij. Sociaal maatschappelijk gebeurt er dus ook zeer veel. Mensen voelen zich gelukkiger als ze werken of participeren.’
Je gaat investeren in preventie? Hoe ziet dat eruit?
‘Bij ons (Orionis) werken zo’n 850 mensen. 550 medewerkers in het Sociaal Ontwikkelbedrijf (SW-medewerkers en Nieuw Beschut) en 300 ambtenaren. Onder de ambtenaren is er een ziekteverzuim van meer dan 10%. Dat is ontzettend hoog. Daar moeten we iets aan doen. Dit is momenteel het beeld in een groot deel van het publiek domein en in de zorg. We gaan nu bezig met ziektepreventie: hoe komt het nou dat mensen ziek worden? Wat kunnen we doen om dat te voorkomen?
Daar wordt nog veel te weinig mee gedaan. Als iemand een te hoog cholesterol heeft krijgt hij pillen. Maar er wordt niet gevraagd: hoe komt dat nou dat je een hoog cholesterol hebt? Wat kunnen we daaraan doen?
Ik vind dat werkgevers een belangrijke opdracht hebben om te voorkomen dat mensen ziek uitvallen. Meestal zijn we veel te laat. Dat moet anders! Wat wij gaan doen is het volgende:
- per 1 januari 2025 start bij ons een begeleider, een levenscoach,
- we geven iedereen voorlichting wat preventie is. Wat gezondheid is. En wat een balans in je leven is. Niet met een opgeheven vingertje, maar met de bedoeling: let daarop! En als ze merken dat het niet helemaal lekker zit, dan kunnen ze anoniem in gesprek gaan met de levenscoach.
- als iemand (langduriger) ziek wordt, zetten wij de levenscoach in. Die één op één in gesprek gaat vanuit ‘Positieve Gezondheid’. Waar heb je mee te maken (gehad) en wat doet dat met je? Om te voorkomen dat iemand onnodig te lang thuis zit, want dat is vooral voor degene die ziek is heel erg vervelend.
- teamleiders en managers geven we training om het goede gesprek te voeren met de medewerkers voordat verzuim ontstaat. Simpele vragen als: ‘Hoe gaat het met je en wat heb je van mij nodig om je werk goed te doen? Hoe kunnen we als de werkdruk hoog is zorgen dat je iets ontlast wordt?’
Kortom: het gaat om écht zorg hebben voor je medewerkers. Dat zij beter werken; gezonder blijven door een gezonde levensstijl en gelukkiger zijn. Zowel op het werk als privé. Als je mensen vroegtijdig ondersteunt zodat ze in hun kracht komen, dan voorkom je verzuim.’
Maar hoe zit dat met de kosten?
‘De kosten van preventie vallen in het niet als je kijkt wat het oplevert. 1% verzuim bij onze ambtenaren kost veel meer dan zorgen dat medewerkers niet ziek worden.’
Wat vind je van ons plan: Mijn Re-integratieplatform?
‘Dat wat jullie doen op Mijn Re-integratieplein, dat is super. Want dat verbindt en mensen vinden herkenning. Het gaat om verbinding te hebben met je mensen. Te weten waar zij mee te maken hebben. En simpelweg te vragen: wat heb je van mij nodig om vandaag goed te werken? En als je dat aan de voorkant consequent doet: dan is dat een revolutie. Daar geloof ik in. En jullie programma draagt daaraan bij. Want jullie kunnen wijzen op een ervaringsdeskundige coach die weet wat signalen kunnen zijn van onderliggende problematiek. Of contact bieden met lotgenoten en jullie kunnen hen helpen om weer meer de regie zelf te pakken.’
Wat kun en wil jij daaraan bijdragen?
‘Ik wil als een soort missionaris meer inzetten op preventie en voorin het traject zitten. In de zorg, bij gemeentes, provincies, publieke functies, daar is veel werkverzuim, dus daar moet echt iets gebeuren. Vanuit Divosa ben ik voorzitter voor de regio Zuid, met 120 gemeentes. Ik wil een themabijeenkomst houden en daar wil ik ons programma toelichten én de anderen enthousiast maken voor deze werkwijze. Op landelijk niveau kan dit interessant zijn voor de commissie Werk, Participatie & Arbeidsmarkt. Ik zal dit daar bespreken en kijken of het mogelijk is om jullie uit te nodigen om binnen de commissie WPA een presentatie te geven over jullie project. Dat kunnen we dan wellicht aanvullen met preventie. Dat kunnen we samen voorbereiden. Gedeeld enthousiasme kan dan tot mooie resultaten leiden!’
Dit interview laat weer eens zien dat het vaak gaat om vanzelfsprekende zaken als ‘verbinding; de ander in zijn of haar kracht zetten; oog hebben voor de ander’ en dat het tegelijkertijd zo complex en ingewikkeld is om daar verandering in aan te brengen. We hopen dat we gezamenlijke stappen kunnen zetten. Daar geloven we in!